De poppetjes van je ogen

Vanmorgen deed hij de ronde op twitter: de Autism Screening App, ontwikkeld door de onderzoekers van Duke University.

Deze app is gebaseerd op een autisme-test die nu al gebruikt wordt bij baby’s: men laat een kind kijken naar bewegende balletjes of ander stukken speelgoed en kijkt hoe snel het kind het balletje volgt met zijn ogen, of hoe snel het kind zijn focus verlegt van het ene naar het andere balletje.
De door Duke University ontwikkelde app doet precies hetzelfde automatisch: de balletjes bewegen over het scherm van bijvoorbeeld een tablet en tegelijkertijd wordt automatisch met een camera de oogbeweging vastgelegd van het kind dat er naar kijkt.

Wat denken we, zou dit een betrouwbare test kunnen zijn?
Dat hangt er vanaf voor welk doel je hem wilt gebruiken. Als het er om gaat een definitief antwoord te geven op de vraag of een individueel kind autisme heeft is deze app absoluut ongeschikt: het ene kind heeft nou eenmaal een snellere reactietijd dan het andere kind, of het nou wel of geen autisme heeft. Je kunt hooguit zeggen dat een gemiddeld kind met autisme wat langzamer reageert dan een gemiddeld kind zonder autisme.

Het door Robert Vermeiren getwitterde artikel zegt niks over de sensitiviteit en de specificiteit van de app maar er is geen enkele reden om aan te nemen dat deze app betrouwbaarder is dan een diagnostisch interview zoals de ADI-R (en de betrouwbaarheid daarvan is, wanneer toegepast op individuele patiënten, vrij beroerd).

Is het daarmee dan een waardeloze app?
Nee, dat zeker ook niet. Wat deze app interessant maakt is de eenvoud ervan; je meet maar één parameter die ook nog eens goed kwantificeerbaar is. Vergelijk dat eens met de tientallen eiwitjes die gemoeid zijn met een eventuele labtest.
Wat de app objectiever maakt dan een willekeurig diagnostisch interview is de menselijke factor: het verschil tussen de ene en de andere diagnosticus. Een menselijke diagnosticus kan de antwoorden die een patiënt (of zijn ouders) geeft verbaal of nonverbaal een bepaalde kant op sturen, en de een doet dat net iets anders dan de ander. Hoe hard je ook je best doet om een vragenlijst op een gestandaardiseerde manier af te nemen, het is een effect wat je nooit helemaal kunt vermijden. Als je de app gebruikt heb je daar geen last van; er komt geen menselijke diagnosticus aan te pas en dus heb je er ook geen last van als een diagnosticus een keer zijn dag niet heeft.
Een derde punt wat de app interessant maakt is de leeftijd van de kinderen waarbij hij afgenomen wordt: een paar maanden. Een baby van een paar maanden oud heeft de Universiteit des Levens nog niet doorlopen. Dat betekent dat datgene wat je meet vrijwel volledig het gevolg is van Nature, en niet (of veel minder) van Nurture. Omdat autisme geacht wordt een neurologische stoornis te zijn is voor de betrouwbaarheid van je onderzoek belangrijk om eventuele nurture-invloeden zoveel mogelijk uit te filteren.

Wat zou dan een zinvolle manier zijn om deze app in te zetten?
Ik zit te denken aan bijvoorbeeld het volgende:

  • Je neemt de app-test standaard af bij ieder kind op een leeftijd van een maand of zes,
  • De uitslag van de test wordt versleuteld opgeslagen maar niet bekend gemaakt: niet aan de ouders, niet aan hulpverleners, aan niemand.
  • Als het kind probleemloos opgroeit dan wordt de testuitslag na de 18e verjaardag indien gewenst bekend gemaakt aan het kind (en niet aan wie dan ook anders). Op de 21e verjaardag wordt de testuitslag vernietigd om eventueel misbruik te voorkomen.
  • Als er zich tijdens de jeugd problemen voordoen dan kan de testuitslag eerder bekend gemaakt worden om een vermoeden van ASS te bevestigen of te verwerpen.
  • Als in dat geval de uitslag van de app-test negatief blijkt te zijn is dat een behoorlijk harde contra-indicatie voor ASS en zal er dus gezocht moeten worden naar een andere verklaring voor de problemen die het kind of zijn omgeving ervaart. Als de uitslag positief blijkt is de diagnostiek natuurlijk nog niet klaar maar weet men wel in welke richting er verder gezocht zou kunnen worden.

Wat zijn de voordelen van deze handelswijze?

  • Omdat er een harde objectieve parameter als uitgangspunt genomen wordt voor het stellen van de diagnose ASS dring je etikettenplakkerij terug en dwing je hulpverleners om hun diagnoses beter te onderbouwen,
  • Doordat de uitkomst van de test versleuteld is en alleen bekend gemaakt wordt als zich daadwerkelijk problemen voordoen loopt het kind niet het risico last te hebben van de vervelende gevolgen van een eventuele valspositieve testuitkomst.

Zijn er dan helemaal geen nadelen?
Natuurlijk kunnen er ook (of juist) met de app-test nog steeds dingen fout gaan. De wet van Murphy is helaas onverbiddelijk in die dingen. Er is bijvoorbeeld een risico dat er een diagnostisch waterbed-effect optreedt; dat het objectiever worden van de ASS-criteria er voor zorgt dat er bijvoorbeeld meer AD(H)D “herkend” zal worden. Eigenlijk zou er dus ook zo’n test moeten komen voor ADHD, maar dat zie ik voorlopig helaas niet gebeuren…

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *